Overslaan en naar de inhoud gaan

Veelgestelde vragen (FAQ)

Veelgestelde vragen (FAQ)

Status

In Studie

Provincie

Weg

A12
N177

Tijdens de verschillende inspraakmomenten kreeg team A12 heel wat vragen. De meest voorkomende vragen hebben we gebundeld op deze pagina. Andere vragen werden ook meegenomen in de doelstellingennota of de nota ontwerpend onderzoek.

 

Kan één lange tunnel worden gemaakt van de sleuf van Boom tot voorbij het viaduct van Wilrijk?
Het projectgebied situeert zich op de A12/N177, vanaf Bist x Langlaarsteenweg en tot voorbij Terbekehofdreef x Atomiumlaan. De aansluitingen richting viaduct van Wilrijk/ring van Antwerpen en sleuf van Boom vallen hierbuiten. Binnen het projectgebied onderzoekt het studiebureau wel of een tunnel een oplossing biedt voor de problematiek op de A12. Belangrijk is dat deze tunneloplossing latere eventuele plannen voor het viaduct van Wilrijk niet in het gedrang brengt.

Is een viaduct ter hoogte van de vijf kruispunten geen goedkopere en eenvoudigere oplossing?
Het ontwerp van een brug of viaduct werd niet meegenomen in de studie, aangezien de effecten op omgevingsfactoren zoals geluidshinder en luchtkwaliteit nefast zouden zijn.

Voor actieve weggebruikers (voetgangers, fietsers, …) is het erg gevaarlijk om de A12/N177 over te steken. Voor minder mobiele mensen lukt dat bovendien niet in één keer. Wordt dit in de studie mee bekeken?
Team A12 neemt in haar ontwerp voldoende veilige gelijkgrondse oversteken voor actieve weggebruikers mee. Een veilige en voldoende lange groentijd voor de actieve weggebruikers is ook één van de doelstellingen. We streven ernaar dat voetgangers en fietsers vlot en zo veel mogelijk in één beweging kunnen oversteken. Dat kan door de A12 ondergronds te brengen. Zo komt er op de kruispunten voldoende ruimte vrij voor voetgangers en fietsers om zich comfortabel op te stellen.

Kunnen fietsbruggen over de A12/N177 ter hoogte van bepaalde kruispunten aangelegd worden om de oversteek te vereenvoudigen?
We onderzoeken in een andere studie de meest geschikte locatie voor een fietsbrug. Een uitdaging daarbij is dat de aanloophellingen een grote ruimte innemen. Die ruimte is niet overal beschikbaar. Daarnaast worden in de studie voor de herinrichting van de A12/N177 voldoende veilige oversteken voor actieve weggebruikers meegenomen.

Fiets- en voetgangerstunnels onder de A12/N177 kunnen ervoor zorgen dat de oversteek veiliger en conflictvrij gebeurt. Wordt dat in de studie meegenomen?
Tunnels inrichten voor fietsers en voetgangers is geen optie indien de A12 reeds in een tunnel zit. In de studie voor de herinrichting van de A12/N177 worden daarentegen voldoende veilige oversteken voor actieve weggebruikers meegenomen. In de doelstellingennota is een conflictvrije regeling opgenomen.

De A12/N177 vormt de kortste verbinding tussen Boom en Antwerpen. Kan een fietsostrade langs het traject ingepland worden met aansluiting op het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk (BFF) zodat minder mensen voor de auto kiezen?
Het projectgebied situeert zich op de A12/N177 vanaf Bist x Langlaarsteenweg tot voorbij het kruispunt van de Terbekehofdreef x Atomiumlaan. Het onderzoek van een volledige fietsverbinding tussen Boom en Antwerpen valt buiten het projectgebied. De uitbouw van de verbindingen van de fietsostrades naar de A12 valt eveneens buiten scope van deze studie.

De uitrusting van de N177 met brede en comfortabele dubbelrichtingsfietspaden die kunnen aansluiten op het bestaande Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk is wel omschreven in de doelstellingennota.

Voetgangers horen niet thuis op de A12. Waarom dan ruimte opofferen voor voetpaden?
In de studie voor de herinrichting van de A12/N177 wordt een onderscheid gemaakt tussen de functie van de A12 en de functie van de N177.
Ter hoogte van het centrum van Aartselaar houden we rekening met de inwoners van Aartselaar, de bewoners van het woonzorgcentrum aan de N177 en de passagiers van openbaar vervoer die zich te voet langs een deel van het traject verplaatsen. Daarom voorzien we een volwaardig voetpad. Op andere locaties buiten de bebouwde kom kunnen we meer ruimte bieden aan andere weggebruikers.

Als de A12/N177 dan toch heringericht worden, waarom dan niet meteen een sneltram voorzien van Antwerpen tot Boom?
Het is een beleidsdoelstelling om het openbaar vervoer op deze as te versterken. Voor deze studie situeert het projectgebied zich tussen Bist x Langlaarsteenweg en Terbekehofdreef x Atomiumlaan. De busbaan is essentieel, ook in de toekomst. Binnen het projectgebied zorgen we ervoor dat de aanleg van een tramnetwerk in de toekomst mogelijk is. Moest er dus ooit vanuit Boom of Antwerpen een tramlijn worden aangelegd, zorgen we voor voldoende ruimte om deze tramlijn door te trekken in ons projectgebied.

De A12/N177 bestaat uit een gigantische oppervlakte beton en vormt nu een belangrijke barrière tussen de verschillende wijken van Aartselaar. Dat komt ook de leefbaarheid van de omwonenden niet ten goede. Kan ‘meer groen’ in de studie voorzien worden?
De verbetering van de doorstroming en de verkeersveiligheid zijn belangrijke doelstellingen van het project. De studie onderzoekt wat ruimtelijk mogelijk is.

De groenmogelijkheden worden afgewogen in het ontwerp van de studie. Bij een intunneling van de A12 komt hiervoor ruimte vrij.

De visie is om bij de inrichting van de A12 meer op te delen in zones naargelang de functie van een bepaalde zone. Groen wordt voorzien als het een goede verkeersdoorstroming en de verkeersveiligheid niet in het gedrang brengt. Zeker ter hoogte van het woonweefsel Aartselaar moet dit mogelijk zijn.

Waarom wordt de N171 niet meteen doorgetrokken? Zo kan heel wat doorgaand verkeer automatisch afgeleid worden richting E19, verloopt de doorstroming op de A12 vlotter en vermindert het sluipverkeer door de wijken aanzienlijk.
Het projectgebied situeert zich op de A12/N177 tussen Bist x Langlaarsteenweg en Terbekehofdreef x Atomiumlaan. De doortrekking van de N171 (fase drie) maakt deel uit van een andere studie. We stemmen beide projecten op elkaar af.

In de doelstellingennota is het beperken van sluipverkeer in de woonwijken opgenomen door het netwerk van hoofdwegen zo vlot mogelijk te laten functioneren.

Ter info: De doortrekking van de N171 fase drie is inderdaad bedoeld om het sluipverkeer uit de wijken te weren. Het is echter niet de bedoeling om de N171 te laten functioneren als verbindingsweg tussen de A12 en de E19. Daarvoor dienen de ring van Antwerpen (R1) en de ring van Brussel (R0).

Maak van de A12 meteen een autosnelweg met 2 x 3 rijkstroken. Dan is de fileproblematiek op de A12/N177 en in de ruime omgeving meteen opgelost.
Er moet rekening gehouden worden met de classificatie en functie van de wegen: A12 voor de doorstroming, N177 voor de ontsluiting van bestemmingsverkeer. Het is niet de bedoeling dat de A12 een alternatief wordt voor de E19, want dan trekt de A12 verkeer aan dat op de E19 thuishoort. De E19 richt zich op doorgaand verkeer en verkeer op langere afstand. De A12 is bedoeld voor meer regionaal gericht verkeer. De derde opstelstrook is slechts een tijdelijke oplossing om de lichtenregeling goed af te wikkelen. Enkel ter hoogte van de kruispunten worden drie rijstroken voorzien. Tussen de Kontichsesteenweg en de Leugstraat lopen de opstelstroken over in elkaar, waardoor het over een doorlopende strook gaat.
 

De toegelaten maximum snelheid op de A12 en de N177 is veel te laag en verhindert een vlotte doorstroming. De snelheid op de doorgaande stroken van de A12 moet minstens 90 km per uur zijn en op de N177 70 km/uur.
Er wordt onderzocht wat de meest optimale snelheid is op de A12 en de N177 om zo veel mogelijk aan alle doelstellingen te beantwoorden. Minimumsnelheden vormen geen harde eis of doelstelling.

De maximumsnelheid op de A12 is te hoog. Dit werkt de verkeersonveiligheid en de onleefbaarheid in de hand.
De A12 krijgt het statuut 'Vlaamse hoofdweg' en moet daarom voldoen aan minimale eisen naar snelheid en doorstroming. Er wordt onderzocht wat de meest optimale snelheid is op de A12 om zo veel mogelijk aan alle doelstellingen te beantwoorden.

Worden trajectcontroles voorzien om het snelheidsregime te handhaven? Heel wat mensen lappen de verkeersregels aan hun laars. Meer politiecontrole is zeker wenselijk.
Deze studie spitst zich toe op de herinrichting van de A12/N177. Controle van de toepassing van verkeersregels en eventuele handhaving maakt hiervan geen deel uit.

Wel proberen we het wegbeeld zo goed mogelijk af te stemmen op het bijhorende snelheidsregime, waardoor het verkeer zijn snelheid automatisch aanpast. Voor snellere wegen wordt daarbij bijvoorbeeld een bredere rijstrook voorzien die uitnodigt sneller te rijden. Indien dit niet voldoende is om een snelheid af te dwingen, kunnen we nog altijd trajectcontroles voorzien.

Beperk het zwaar verkeer op de A12 en de N177 en maak het onmogelijk dat vrachtwagens vanuit de zijstraten de A12/N177 kunnen opdraaien. Vrachtwagens zijn gevaarlijk en blokkeren de vlotte doorstroming van verkeer.
Gewestwegen en hoofdwegen hebben als functie het verzamelen van verkeersstromen. Ook zwaar verkeer maakt deel uit van de verkeersstroom. De N177 werkt volgens de mobiliteitsplannen als een kamstructuur voor de omliggende gemeenten. De weg moet deze gemeenten en hun bedrijventerreinen - met vrachtverkeer - vlot ontsluiten op de hoofdwegen op regionaal niveau, dus de A12.

Wat is het voordeel van een (gedeeltelijk) centraal fietspad waarbij de N177 twee maal moet overgestoken worden? Blijven de fietspaden langs beide zijden van de N177 dan niet beter behouden als dubbelrichtingsfietspaden? 
Het is in elk alternatief de bedoeling dat aan weerszijden van de N177 een dubbelrichtingsfietspad blijft bestaan, gezien de vele bestemmingen langs de N177. Het centrale fietspad in alternatief drie en vier is bedoeld voor fietsverkeer op langere afstand, dat op deze manier de conflicten met de vele toeritten op de N177 kan vermijden.

Waarom is het nodig om een verschillend snelheidsregime te voorzien op de A12 en de N177? Weinig mensen houden zich aan de maximumsnelheid van 50 km/uur op de N177 tussen de Terbekehofdreef en de Cleydaellaan. 
Het snelheidsregime hangt af van de categorisering van de wegen. De A12 is gericht op doorstroming, de N177 zorgt ook voor de ontsluiting van de omliggende gemeenten en heeft heel wat toeritten van aangelanden. Daarom laten we het verkeer op de N177 bij voorkeur op een lagere snelheid rijden dan op de A12.

De financiële impact van de vier alternatieven is verschillend. Een volledige tunnel zoals in alternatief vier (=voorkeur van de bevolking) kost vast veel meer dan de andere alternatieven. Welke rol speelt het beschikbare budget in de uiteindelijke keuze? 
De milieueffecten van de verschillende alternatieven worden volledig onderzocht in het milieueffectrapport (MER). Op basis van het voorontwerp van dat onderzoek, alsook het verkennende tunnelveiligheidsonderzoek en de maatschappelijke kostenbatenanalyse (MKBA), kan de Vlaamse regering een voorkeursalternatief kiezen. Op dat moment zullen alle aspecten in overweging genomen worden, waaronder dus ook de kostprijs.

Hoe wordt de keuze tussen de verschillende alternatieven gemaakt? Gebeurt dat op het niveau van de Vlaamse regering, op het niveau van de gemeenten langs de A12 of gemengd? 
De uiteindelijke beslissing over het voorkeursalternatief wordt genomen door de Vlaamse regering. De betrokken gemeentebesturen kunnen wel hun advies en eventuele voorkeur meedelen.

Wat is de gewenste realisatiedatum (=ingebruikname) van dit project? 
Het is te vroeg om zicht te hebben op effectieve uitvoering. We streven ernaar het MER af te ronden tegen midden 2023, zodat de Vlaamse regering in het najaar van 2023 een voorkeursalternatief kan kiezen. Zodra hier zicht op is, kan een concrete planning worden opgesteld. De uitvoering van het project is sterk afhankelijk van het gekozen alternatief. De lengte van de tunnel(s) zal bepalend zijn voor de uitvoeringswijze en bijgevolg de uitvoeringstermijn. 

Zullen de werken aan de A12/N177 goed afgestemd en gecoördineerd worden met de omliggende gemeenten, zodat er niet gelijktijdig meerdere werven zijn en alles vastloopt?
Zodra er meer zicht is op een voorkeursalternatief, kan de planning van de uitvoering worden opgemaakt. Daarbij zetten we maximaal in op minder hinder. Afstemming met de omliggende gemeenten maakt hier uiteraard deel van uit.