Invasieve exoten zijn uitheemse plantensoorten die door menselijk toedoen, bijvoorbeeld transport of door de invoer als sierplanten, in onze natuur terecht zijn gekomen en de plaatselijke planten verdringen. Het aantal invasieve exoten in Vlaanderen neemt ieder jaar toe. Het zijn planten die quasi onuitroeibaar zijn. Om de verspreiding ervan tegen te gaan zijn er specifieke maatregelen per plant. In Vlaanderen zijn bijvoorbeeld de Japanse duizendknoop en de Reuzenberenklauw plantensoorten die hier eigenlijk niet thuishoren. Een woordje uitleg.
De Japanse duizendknoop
Deze plant is afkomstig, zoals de naam het zelf zegt, uit Japan. Sinds de 19e eeuw kan je deze plant ook in Europa terugvinden. De plant werd vroeger aanzien als een gewone exotische tuinplant. De duizendknoop werd zelfs gebruikt voor decoratieve doeleinden.
Door de gemakkelijke vermenigvuldiging en de mogelijkheid om zich te vestigen op bijna alle bodemtypes, is de Japanse duizendknoop uitgegroeid tot een invasieve exoot.
Hoe kan je deze exoot herkennen?
De kruidachtige Japanse duizendknoop (en aanverwanten) groeit op elk type bodem en kan tot 4 meter hoog worden. Hij heeft stevige roodachtig gevlekte stengels, die aan de top buigen, en spitse bladeren op steeltjes. In de zomer draagt hij groen-witte bloempjes.
Met zijn lange en sterk vertakte ondergrondse wortelstokken kan hij schade veroorzaken aan funderingen, verhardingen en rioleringen. Als hij over een weg of een fietspad hangt, vormt hij ook een reëel gevaar voor de verkeersveiligheid.
Wat moet je doen als je deze plant ziet?
Wanneer je de plant spot in de buurt van een gewestweg of autosnelweg verwittig je best het Agentschap Wegen en Verkeer. Dit kan via het contactformulier op de website of via Meldpunt Wegen. Zo kunnen wij het nodige doen om verdere verspreiding van deze plant te voorkomen.
Hoe bestrijden we deze plant?
Op dit moment zijn er nog geen efficiënte bestrijdingsmogelijkheden. In afwachting daarvan opteren we, in samenspraak met het Agentschap voor Natuur en Bos, om de bestaande planten te beheersen en verspreiding ervan te voorkomen.
Om ervoor te zorgen dat de plant niet mee gemaaid wordt bij de algemene maaibeurt, beschikken we over een inventaris met alle locaties waar de Japanse duizendknoop zich voordoet. Door machinaal te maaien gaat de plant namelijk nog agressiever reageren en kunnen plantendelen verspreid worden. Hierdoor kunnen nieuwe planten ontstaan.
Enkel daar waar de duizendknoop de weggebruiker of omwonenden ernstig hindert, zullen we onze bermen manueel maaien om de hinder te beperken.
De Reuzenberenklauw
De eerste reuzenberenklauwen werden in de 19e eeuw vanuit de Kaukasus (het gebied op de uiterste zuidoostelijke grens van Europa en het westen van Azië) naar Europa gebracht. Zo verschenen deze planten in de Europese botanische tuinen. Deze plant heeft zich wel al buiten de tuinen weten te verwilderen door zijn massale zaadvorming die zeer lang kiemkrachtig kan zijn.
Hoe kan je deze plant herkennen?
Als de plant nog klein is, kan hij gemakkelijk verward worden met de inheemse berenklauw die in tegenstelling tot de uitheemse variant op zich geen probleem vormt.
De reuzenberenklauw groeit vooral op vochtige grond en kan tot 5 meter hoog worden. De reuzenberenklauw is te herkennen aan zijn dikke, roodgevlekte stengels met haren. Zijn bladeren kunnen tot een meter groot worden. Vanaf zijn tweede levensjaar, in de zomer, krijgt de reuzenberenklauw witte bloemen in parapluvormige schermen tot een halve meter groot.
Gevaarlijke plant
Door zijn hoogte, omvang en massale zaadproductie overgroeit en verdringt de reuzenberenklauw alle andere planten in zijn omgeving, waardoor op die plek de biodiversiteit afneemt. Bovendien kan deze uitheemse plant een gevaar vormen voor de volksgezondheid. Het sap van de uitheemse berenklauw is giftig. Bij contact met de huid (zeker bij zonneschijn) kan zijn sap ernstige huidirritaties veroorzaken. De wonden genezen zeer traag en bij contact met de ogen kan dit zelfs blindheid veroorzaken. Raak de plant zeker niet aan en breek nooit zijn stengels.
Wat moet je doen als je deze plant spot?
Raak de plant vooral niet aan. Hou afstand en breng het Agentschap Wegen en Verkeer op de hoogte. Dit kan via het contactformulier op de website of via Meldpunt Wegen.
Hoe bestrijden we deze plant?
In tegenstelling tot de Japanse duizendknoop kan de reuzenberenklauw met relatief beperkte inspanningen bestreden worden. De meest effectieve bestrijdingsmethode bestaat erin om in de lente de ondergrondse en bovengrondse plantendelen manueel te verwijderen. Snel ingrijpen is alleszins de boodschap, want de reuzenberenklauw vormt zeer veel zaden. Wanneer de plant pas ontdekt wordt als hij bloeit, moet er voor gezorgd worden dat hij zijn zaden niet kan verspreiden. Dat kan door de zaadhoofden af te snijden en in zakken weg te voeren.