Het Agentschap Wegen en Verkeer maakt op veel locaties in Vlaanderen werk van veilige, toegankelijke en comfortabele bushaltes.
Bus stopt op de rijbaan
Op de gewestwegen met een snelheidsregime van 30 of 50 km/u leggen we standaard bushaltes aan waar de bus stopt op de rijweg.
- Dat is veiliger omdat de bus dan zijn voorrang niet hoeft “op te eisen” (want hij moet niet in- en uitvoegen) en omdat de bus dan het fietspad niet hoeft te kruisen.
- Voor de bussen betekent het een tijdswinst, want de bus moet zijn voorrang niet "opeisen". Daardoor wordt het openbaar vervoer sneller en stipter, en wordt de bus interessanter als alternatief voor de wagen.
- Het comfort voor de reiziger neemt toe. Doordat de bus op de rijbaan stopt, is er meer plaats voor wachtruimte en een bushokje, en op sommige plaatsen ook voor een fietsenstalling. En doordat de bus minder manoeuvreert, is het aangenamer reizen voor de staande reiziger. De perrons worden trouwens verhoogd aangelegd, zodat ook reizigers met een handicap gemakkelijker de bus kunnen nemen.
Toegankelijke haltes
Een toegankelijke halte zorgt ervoor dat iedereen in staat is om op een veilige en comfortabele manier de bus of tram te nemen. Denk aan mensen met een beperking of ouderen die slechter te been zijn, maar ook aan de mama met buggy of een scholier met een sportblessure. Voor hen is toegankelijkheid een noodzaak, voor alle andere reizigers is het comfort.
Zo’n toegankelijke halte heeft zes kenmerken:
- Een verhoogd perron, aangelegd met een aanrijdbare boordsteen
- Een brede doorgang op het perron, zonder obstakels
- Een perron met een effen en slipvrije verharding
- Een perron dat zonder drempels bereikbaar is
- Een opstapvlak met rubbertegels en een aansluitende geleidelijn met ribbelmarkering.
- Indien aanwezig, een correct aangelegd fietspad ter hoogte van het perron