Dagelijks maken honderdduizenden mensen (voetgangers, fietsers, openbaar vervoer en privaat gemotoriseerd verkeer) gebruik van onze wegen waarbij ze vaak verkeerslichtengeregelde kruispunten tegenkomen. We beheren ongeveer 1700 verkeerslichtengeregelde kruispunten in Vlaanderen.
Tips en tricks
Push it!
Ziet u een knop? Druk erop. Het spreekt voor zich, maar we zien soms dat voetgangers en fietsers vergeten te drukken of onterecht denken dat het geen zin heeft om te drukken.
Om een weggebruiker niet zomaar voor een rood licht te laten staan, moet duidelijk zijn welk verkeerslicht groen moet worden. Voor voertuigen kan dat bv. met detectoren in het wegdek, voor fietsers en voetgangers voorzien we vaak drukknoppen. In een aantal gevallen (bv. op een locatie waar minder voetgangers en fietsers passeren), blijft het verkeerslicht voor fietsers of voetgangers rood als ze de (juiste) drukknop niet gebruiken.
Het is belangrijk dat u de drukknop gebruikt die voor u bedoeld is. Dat zorgt voor een goede doorstroming van alle weggebruikers. Door te drukken ’weet’ de lichtenregeling of er een voetganger of een fietser staat te wachten en kan de nodige groentijd voorzien worden. Als u niet drukt, bestaat de kans dat u wel heel lang moet wachten. Maar soms ziet u bij de drukknop een lichtje branden dat aangeeft dat het niet meer nodig is om te drukken. Uw verkeerslicht zal dan wel vanzelf groen worden.
Verdwijnt het groen, wat moet ik dan doen?
U bent nog niet helemaal overgestoken en het licht van de voetgangersoversteekplaats springt halverwege al op rood? Dat is geen probleem, want in onze verkeerslichtenregelingen zit ‘ontruimingstijd’ voor alle bewegingen. Als het licht op rood springt, mag u niet meer beginnen met oversteken. Maar als u al op de straat stapt en het licht springt op rood, heeft u nog genoeg tijd voor de weggebruikers uit de andere richtingen komen. Op brede wegen met een middenberm leggen we rustpunten aan, zodat voetgangers desnoods in twee keer kunnen oversteken.
Rij door tot vanvoor!
De detectielussen in het wegdek die aanrijdend verkeer detecteren, bevinden zich vaak net voor de stopstreep. Daarom is het belangrijk dat het eerste voertuig in de wachtrij tot aan de stopstreep rijdt. Anders blijft het licht soms op rood staan.
Aansluiten, alstublieft
Een verkeerslicht blijft langer groen als er meer verkeer is. Om daarvoor te zorgen zitten er detectoren in het wegdek, vaak tien tot twintig per kruispunt. Die detectoren ‘voelen' of er een voertuig overheen rijdt. Is er een paar seconden geen voertuig geweest? Dan kan het verkeerslicht weer rood worden en kunnen andere weggebruikers snel groen krijgen, om geen tijd te verliezen.
Soms sluit een bestuurder niet goed aan wanneer de voertuigen ervoor wegrijden, bijvoorbeeld door afleiding. Dan voelt de detector te lang geen voertuigen. Het licht kan dus rood worden terwijl er eigenlijk nog voertuigen stonden te wachten. Daarom is het beter om goed aan te sluiten, al moet u natuurlijk altijd een veilige afstand bewaren tot uw voorligger.
Waar en wanneer worden verkeerslichten geplaatst?
Plaatsing
De Provinciale Commissie Verkeersveiligheid (PCV) neemt de beslissing om een kruispunt met verkeerslichten uit te rusten. In deze commissie zijn verschillende betrokken partijen vertegenwoordigd zoals AWV, De Lijn, de politie, de gemeente/stad, de provincie, het VIAS instituut ... Bij deze beslissing houdt de PCV rekening met een aantal factoren, zoals:
- De ligging van het kruispunt (binnen of buiten de bebouwde kom)
- De veiligheid en de doorstroming van het verkeer
- De snelheid van het verkeer
- Het aantal ongevallen
- De aard van het verkeer
- De verhouding van het aantal voertuigen op de hoofdweg en uit de zijstraten
Vierkant groen
Bij vierkant groen krijgen alle fietsers (en vaak ook voetgangers) tegelijk groen licht, terwijl het gemotoriseerd verkeer rood licht heeft. We gebruiken dat vooral op kruispunten met veel fietsers en voetgangers en waar de verkeersintensiteiten het toelaten om het gemotoriseerd verkeer op alle takken tegelijk rood te geven. Als u een groen voetgangerslicht ziet met rond het fietssymbool vier pijltjes, dan wordt u erop geattendeerd dat ook andere fietsers en voetgangers op hetzelfde moment groen kunnen hebben. Het is dan niet verboden om als linksafslaande fietser schuin over te steken, maar het is waarschijnlijk veiliger om gewoon L-vormig rond het kruispunt te fietsen via de fietspaden. Over het algemeen zijn de fietserslichten lang genoeg groen om dat in één beweging te doen. Wel voorrang geven aan fietsers van rechts, uiteraard.
Detectoren
Voor voetgangers kan de groenfase verlengd worden door een radardetector. De bekende drukknop is de standaard om een aanvraag tot groen te detecteren. In sommige gevallen is er een drukknop met een geluidssignaal voor voetgangers met een visuele beperking. Het is voldoende om het wit symbool aan te raken, hier moet geen knop ingedrukt worden.
Voor fietsers zijn er twee manieren om een aanvraag tot groen te registreren:
- met een drukknop
- met een automatische detectie
Een drukknop is de meest gebruikelijke manier. De drukknop voor fietsers is vaak niet dezelfde als die voor voetgangers. Voetgangers hebben immers meer tijd nodig om veilig over te steken.
Op steeds meer kruispunten worden fietsers automatisch gedetecteerd nog voordat ze op de knop hebben kunnen drukken. Toch hangt er dan voor de zekerheid een drukknop bij het fietserslicht omdat automatische fietsdetectie nooit feilloos werkt. Als het lampje van de drukknop begint te branden wanneer de fietser hem nadert, dan weet de fietser dat het niet meer nodig is om te drukken.
Het openbaar vervoer detecteren we op een speciale manier. Bussen en trams van De Lijn zijn uitgerust met apparatuur die de verkeerslichten beïnvloedt. Zo kan een verkeerslicht prioriteit geven aan het openbaar vervoer.
Voor het overige gemotoriseerde verkeer gebruiken we standaard inductieve lussen in het wegdek. Deze lussen kunnen zowel voor aanvraag als verlenging van de groentijd zorgen. Ook radars zetten we soms in om de groentijd te verlengen.
Verkeersregelinstallaties zijn:
- de verkeersregelaar (computer die opgesteld is in een wegkantkast en op basis van een V-plan de verkeerslichten aanstuurt)
- de detectie apparatuur (detectielussen, drukknoppen, camera's ...)
- de palen en seinen (lantaarns)
die op een kruispunt zijn opgesteld.
“Intelligente verkeersregelinstallaties” (iVRI’s) maken nog andere, draadloze methoden mogelijk om weggebruikers te detecteren, bijvoorbeeld door middel van een app. Neem bijvoorbeeld alvast een kijkje op https://sway.bike/nl/ en we zijn van plan om in de toekomst de wachttijden van fietsers te verlagen wanneer het slecht weer is.
Verkeerslichtenspel
Auto’s, fietsers, voetgangers, ... iedereen wil graag snel en veilig naar zijn bestemming. Maar we zijn met steeds meer in het verkeer, en de wegen worden steeds complexer. Slaag jij erin om de lichten zodanig te bedienen dat iedereen veilig en vlot het kruispunt kan verlaten?
Meer weten?
- Meer over hoe verkeerslichtenregelingen momenteel ontworpen worden staat in het 'Handboek verkeerslichtenregeling'.